'Oog van de meester' bepaalt vitaliteit biggen

Een big met de beste uitgangspunten weegt bij de geboorte (uitgaande van een toom van dertien tot vijftien biggen) tussen de 1.200 en 1.400 gram, neemt de eerste dag tussen de 200 en 250 gram biest op en verdubbelt het geboortegewicht in een week.

Hoe goed dat lukt, hangt af van een groot aantal factoren. Voor thema Diergezondheid dat deze week in Nieuwe Oogst verschijnt worden er vijf factoren uitgelicht: vakmanschap, transitie, geboorteproces, melkproductie en klimaatzones.

Oog van de meester

Voor alles geldt bij bigvitaliteit het 'oog van de meester'. De ondernemer en zijn medewerkers maken het verschil, geeft dierenarts Rudolf Raymakers van De Varkenspraktijk aan.

Cruciaal daarbij zijn het aanvoelen van de dieren en op tijd de goede dingen doen.

Zorg en aandacht

'Bijvoorbeeld in de kraamstal extra man- of vrouwkracht tijdens het werpen en daar regelmatig een ronde doen, biggen oppakken en aanleggen om te voorkomen dat ze verkleumen. Daar blijven nog wel wat stukjes liggen', aldus Raymakers.

• Lees meer hierover deze zaterdag in Nieuwe Oogst