'Neemt dit akkoord het wantrouwen weg?'

Sinds januari overleggen ruim vijftig partijen met de overheid over het Landbouwakkoord. Begin mei moet het gereed zijn. Tientallen boerenbestuurders zijn dag en nacht bezig om aan een van de vele gesprekstafels tot afspraken te komen.

Het resultaat? Tal van concrete inhoudelijke voorstellen, uitwerkingen van beleidsrichtingen, normen en sporen zijn uitgewerkt en op papier gezet.

De winst is nu al dat de sectortafels in goede harmonie met elkaar samenwerken. De zorg zit in de betrokken ambtenaren. Hoe stellen zij zich op? Als afstandelijke poortwachters die slechts de rechtmatigheid van plannen controleren?

Het Landbouwakkoord is bedoeld om boeren en burgers weer vertrouwen in de overheid te laten krijgen door samen invulling te geven aan de transitie. Is er naast alle rationele aandacht voor inhoud, technische oplossingen en governance ook aandacht voor het diepe wantrouwen van de sector jegens de overheid?

Vertrouwen win je terug door boer en burger te betrekken bij de uitvoering van beleid. Juist de aandacht voor de onderstroom, bestaande uit diep wantrouwen, is van essentieel belang voor het uiteindelijke draagvlak en de uitvoering van het Landbouwakkoord.

Immers, het Landbouwakkoord zou ook moeten resulteren in een overheid die naast burger en boer staat in plaats van ertegenover. Pas dan kan vertrouwen hersteld worden en krijgt een akkoord echt waarde.